Basisschoolkinderen

4 t/m 12 jaar
Mogelijke verwijsindicaties voor deze leeftijdsgroep zijn: 

  • Een trage of afwijkende motorische ontwikkeling op het gebied van evenwicht, grofmotorische vaardigheid, balvaardigheid, fijn motorische vaardigheid, oog/handcoördinatie, schrijven, lichaamsschema en/of ruimtelijke oriëntatie
  • Angstig in bewegen en/of weinig exploratiegedrag
  • Zwemdiploma halen lukt niet
  • Veel moeite met sportactiviteiten
  • Onvoldoende zelfredzaamheid met fietsen, aan- en uitkleden en eten met bestek
  • Slaapproblemen
  • Hypermobiliteit


Onderzoek en behandeling

Het motorische onderzoek
Na een aanmelding bij een kinderoefentherapeut vragen we aan het kind en de ouders met welke activiteiten het kind moeite heeft (de hulpvraag). Tijdens het motorisch onderzoek brengen we het motorisch functioneren van het kind in kaart. Hierbij maken we gebruik van een motorische test en vragenlijsten, en we observeren. Op basis van de hulpvraag en motorisch onderzoek stelt de kinderoefentherapeut, indien mogelijk samen met het kind en de ouders, behandeldoelen en een behandelplan op. Daarvan maken we een verslag dat we vervolgens bespreken met de ouders, zodat het ook voor hen duidelijk is op welke manier we aan de hulpvraag kunnen gaan werken.

Behandeling kinderoefentherapie
Het doel van de behandeling is het aanleren van motorische activiteiten zodat het kind mee kan doen met leeftijdsgenootjes. Het aanleren van motorische activiteiten gebeurt altijd spelenderwijs. Dit vergroot ook het plezier in bewegen van het kind. Ouders krijgen daarnaast speladviezen om thuis te oefenen. Gedurende de behandelperiode wordt het motorisch functioneren regelmatig geëvalueerd.
Indien nodig zal een kinderoefentherapeut, na goedkeuring van ouders, contact opnemen met de leerkracht van het kind. Zo kunnen de geleerde vaardigheden eenvoudig in het dagelijks leven worden toegepast.